top of page

Week van het geld: van doekoe naar digi

Van 28 maart t/m 1 april is het de Week van het geld. Het thema van dit jaar is: van doekoe naar digi.

Kinderen krijgen hun zakgeld digitaal en jongeren betalen met hun mobiele telefoon. Geld verdwijnt steeds meer uit het dagelijkse leven. Wie heeft er eigenlijk nog contant geld bij zich? In een supermarkt zien jonge kinderen hun ouders vooral betalen met een pinpas of zelfs digitaal via de smartphone.

Het is belangrijk om kinderen van jongs af aan bewust te maken van wat geld nu precies is en waarom ieder mens geld nodig heeft. Door hier op een jonge leeftijd al aandacht aan te besteden kan het zijn dat het zal helpen in de toekomst een hoop nare financiële situaties voorkomen, zoals schulden, impulsaankopen en foute investeringen. Het is niet meer altijd vanzelfsprekend dat kinderen dit van huis uit meekrijgen.


Betekenis van geld

In het reken-wiskundeonderwijs wordt geld regelmatig als didactisch middel ingezet. Bijvoorbeeld bij de opbouw van getallen; 15 bestaat uit één briefje van 10 euro en één briefje van 5 euro, maar ook uit een briefje van 10 euro en vijf losse euro’s. Geld kan echter alleen op deze manier worden ingezet als kinderen in staat zijn aan dit geld betekenis te verlenen. Met andere woorden, zij moeten bekend zijn met het principe dat de waarde van één geldbiljet gelijk kan zijn aan die van meerdere munten/geldbiljetten.


Meer muntjes, meer waarde?

In Nederland en de meeste landen van Europa betalen we met de euro. Dat is handig, want dan kan je in alle landen met hetzelfde geld betalen en hoef je niet steeds te wisselen. Er bestaan bepaalde briefjes en munten. Deze hebben allemaal een andere waarde. Voor kinderen is het belangrijk om over geld te leren. Zo zijn meer muntjes niet altijd meer waard. Je kunt voor iets sparen en als je ouders werken krijgen ze daar salaris voor. In de winkel kun je iets kopen en dan krijg je wisselgeld (of niet meer, als je met de pin betaalt). Er valt genoeg te ontdekken en te leren binnen het domein geld.


Lesidee voor groep 1/2: Een spaarpot thuis

Extra materiaal: spaarpot, speelgeld


Vertel dat je een spaarpot hebt thuis. Vraag:

  • Weten jullie wat dat is?

  • Wie heeft er een eigen spaarpot?

  • Wanneer doe je er geld in?

  • En wat kun je met het geld doen? Hebben de kinderen hier zelf ideeën over?

Je vertelt dat je wilt weten wat voor geld er allemaal in zit. Je vertelt dat het echte geld thuis is gebleven maar dat je net zoveel speelgeld in de spaarpot hebt gedaan. Een kind mag al het geld uit de spaarpot halen. Vervolgens mogen alle kinderen om de beurt twee geldstukken pakken en bekijken.

  • Wat voor geldstukken hebben ze?

  • Hoeveel is ieder geldstuk waard?

  • Is het een munt of een briefje?

  • En hoe heet dat briefje?

Wijs op het getal dat erop staat en vertel dat dat aangeeft hoe het geldstuk heet en ook hoeveel het waard is. Een lastiger vraag voor sterkere rekenaars is hier:

  • Hoeveel euro zijn de twee geldstukken bij elkaar waard?

Vervolgens mag ieder kind zijn/haar geld op tafel leggen. Het geld van dezelfde soort wordt bij elkaar gelegd en in rijtjes geordend van weinig waard naar veel waard.

  • Wat is meer waard: een munt of een briefje?

  • Wat is meer waard: een briefje van 5 euro of een briefje van 10 euro?

  • Wat is meer waard: 5 munten van 2 euro of 10 muntjes van 1 euro?

Beargumenteer dat de waarde van geld niet gelijk is aan de hoeveelheid van muntstukken.

Verwijs hierbij naar de relatie tussen tien en vijf, tien is meer dan vijf, daarom is het 10 euro briefje meer waard dan het 5 euro briefje.


Lesidee voor groep 1 t/m 8: Het Geldlied (tante blues)


Het Geldlied is een leuk lied om tijdens de Week van het geld in te zetten.


Geschreven en gezongen door Eva van den Berg.

Het Geldlied (tante blues)


En ik zal je eens wat vertellen over geld, over poen.

Je hebt briefjes, je hebt munten, je kunt er heel veel mee doen.

Bij ons hebben we euro’s, ‘t is maar dat je het weet.

Maar een Engelsman zegt pond, omdat het geld daar zo heet.

Je kunt betalen, pinnen, sparen.

Het in je oude sok bewaren.

Al die poen, wel een miljoen!


En ik zal je eens wat vertellen over geld, over poen.

Je hebt briefjes, je hebt munten, je kunt er heel veel mee doen.

Bij ons hebben we euro’s, ‘t is maar dat je het weet.

Maar een Engelsman zegt pond, omdat het geld daar zo heet.

Je kunt betalen, pinnen, sparen.

Het in je oude sok bewaren.

Al die poen, wel een miljoen!

Al die poen, wel een miljoen!



Thema Geld binnen het thematisch rekenonderwijs met LDO Rekenen


Geld is één van de thema's LDO Rekenen. LDO Rekenen is een complete rekenmethodiek en biedt thematisch rekenonderwijs. Binnen deze thema's kunnen kinderen samen met de leerkracht een individuele leerroute uitstippelen. Hierdoor kan elk kind op eigen niveau werken. Resultaten worden niet alleen beter, maar rekenen wordt ook nog eens veel leuker en betekenisvoller.


コメント


bottom of page